Categorieën

Service

Over Gusto in de oorlog: mijn zinken duit in het zakje

Over Gusto in de oorlog: mijn zinken duit in het zakje
Uit

Over Gusto in de oorlog: mijn zinken duit in het zakje

  • Ingezonden
  • 22-05-2020
  • Uit
Over Gusto in de oorlog: mijn zinken duit in het zakje

Foto: Stichting Erfgoed Werf Gusto


INGEZONDEN - Han van der Horst reageert op een discussie op deze site tussen Dirk Allewelt en Hans van der Sloot.

Hoe fout was Gusto? Die vraag zindert op de achtergrond van het debat tussen Hans van der Sloot en Dirk H. Allewelt van de Stichting Erfgoed Werf Gusto. De heer Allewelt is niet te spreken over de manier waarop Gusto is geportretteerd in het Historisch Jaarboek Schiedam 2019. Dat verhaal berust voornamelijk op de verslagen van het proces dat na de bevrijding tegen de toenmalige directie is gevoerd. Daar kwam een veroordeling uit wegens collaboratie. Achteraf is er veel terechte kritiek gekomen op de kwaliteit van de bijzondere rechtspraak rond landverraad en samenwerking met de vijand. Allewelt gebruikt dit gegeven om de stelling te onderbouwen dat het beeld van Gusto in het Historisch Jaarboek veel te zwart is. Als bewijsmateriaal publiceert hij alvast een hoofdstuk uit een volgend jaar te verschijnen boek over de geschiedenis van de roemruchte Schiedamse werf. Daarin wordt het wedervaren tijdens de bezetting beschreven.

De afgelopen tijd heb ik mij zelf diepgaand met de bezettingstijd beziggehouden voor mijn nieuwste, begin april verschenen boek ‘Zwarte jaren. Nederland in de Tweede Wereldoorlog’. In het voorwoord heb ik geschreven dat in die tijd iedereen leefde op het scherp van de snede en steeds weer beslissingen moest nemen op een glijdende schaal tussen eer en gewetenloosheid. Als je het leven en streven van de Nederlanders in die tijd onderzoekt, krijg je steeds de neiging om als rechter op te treden. Wie was goed en wie was fout? Wie verdient een veroordeling en wie niet? Maar je zit daar niet om een vonnis te vellen. Daar ben je als gediplomeerd geschiedschrijver ook niet voor opgeleid. Rechters wel. Een historicus wil weten wat er gebeurd is, welke rol de betrokkenen speelden en hoe dat zo kon komen. De vraagstelling is erop gericht om dat boven water te krijgen.

In het geval van Gusto doemen dan de volgende vragen op: welke bijdrage heeft de werf Gusto geleverd aan de oorlogsinspanning van Duitsland en zijn bondgenoten? Hoe kon dat zo gebeuren? Wie speelde daarbij welke rol? Zijn er door Gusto of medewerkers van Gusto activiteiten ondernomen om afbreuk te doen aan de oorlogsinspanning van Duitsland en zijn bondgenoten? Wat was de achtergrond van die activiteiten en wie speelden daarbij een rol? Heeft het verzet zich beziggehouden met Gusto tijdens de bezetting? En zo ja, hoe dan en met welk oogmerk? Was er bij Gusto voor de oorlog nagedacht over wat het bedrijf moest doen onder een eventuele vijandige bezetting? Als dat zo was, is daar dan in de praktijk ook naar gehandeld? Hoe heeft het bedrijf zich tijdens de bezetting voorbereid op de toekomst na de bevrijding? Kende het bedrijf joodse werknemers? Zo ja, wat was hun lot en hoe stelde het bedrijf zich tegenover hen op? En ten opzichte van de arbeidsinzet? Dat zijn allemaal vragen waarop het antwoord een beeld schetst van de gang van zaken op de werf tijdens de bezetting. De moderne lezer kan daaruit opmaken waarom onder deze omstandigheden met deze mensen de geschiedenis van het bedrijf in die periode zijn specifieke rol speelde. Dan doemt natuurlijk bij zo’n lezer regelmatig de vraag op: welke keuzes zou ik onder vergelijkbare omstandigheden hebben gemaakt? Of: stel je voor dat er weer zo iets gebeurt en ons land raakt in de greep van een vijand? Moet je dan proberen je bedrijf zo heelhuids mogelijk door deze noodsituatie heen te helpen? Of is het juist je nationale plicht de boel tijdig onklaar maken zodat de vijand er niets meer aan heeft? Interessante vraag voor het heden trouwens: moet ik mijn tent gesloten houden omdat ondanks alle protocollen de kans levensgroot is dat mensen te dicht bij elkaar komen en elkaar besmetten? Of moet ik proberen de tent zo heelhuids mogelijk door deze Coronacrisis heen te helpen met alle dilemma’s en risico’s van dien, zodat het een rol kan spelen bij een betere Coronavrije toekomst?

Behoorlijke geschiedschrijving noopt tot het stellen van zulke vragen aan jezelf. Je kunt uit gebeurtenissen in het verleden leren voor je eigen tijd en voor de toekomst. Niet dat de geschiedenis zich herhaalt. De geschiedenis herhaalt zich nooit. Maar er doen zich in het heden wel verschijnselen voor die je met behulp van geschiedenis op hun juiste waarde kunt schatten.

Ik weet niet precies met wie ik Hans van der Sloot en Dirk Allewelt moet vergelijken: rechters, officieren van justitie of advocaten. Ze hebben van allemaal een beetje. Dat zorgt er voor dat zij botsen in plaats van samen te werken. Zij beschuldigen elkaar in plaats van dat zij door constructieve kritiek op elkaars werk het inzicht in de gang van zaken bij Gusto verdiepen.

Daar is niemand bij gediend. Het gaat er niet om Gusto te veroordelen dan wel vrij te spreken. Het gaat erom de achtergronden te belichten van de manier waarop het bedrijf in de oorlog functioneerde. En dat is toch wat beide partijen willen. Ze zouden bondgenoten moeten zijn en geen kemphanen.

Dat was mijn zinken duit in het zakje.