Categorieën

Service

Schiedammers voor rechter voor productie van en handel in drugs

Schiedammers voor rechter voor productie van en handel in drugs
Nieuws

Schiedammers voor rechter voor productie van en handel in drugs

  • Redactie
  • 13-01-2020
  • Nieuws
Schiedammers voor rechter voor productie van en handel in drugs

HAGESTEIN - Een man en een vrouw uit Schiedam stonden vandaag in Utrecht terecht voor hun aandeel in een omvangrijke drugszaak. RTV Utrecht deed verslag.

Op 30 januari 2018 deed de politie na een tip een inval in een loods op het terrein van het echtpaar Herman (75) en Corry den H. (77) in het Utrechtse Hagestein. Daar stonden vaten met chemicaliën die gebruikt worden bij het produceren van harddrugs. In de loods was een compleet laboratorium ingericht waar volgens de politie blokken cocaïne en heroïne konden worden bewerkt en gereedgemaakt voor verdere verspreiding. Op het terrein werden twee mannen uit Rotterdam, Si F. en Jawad A. opgepakt, twee anderen wisten te ontkomen.

Kort na de inval werden in Schiedamse een man en vrouw opgepakt. Het gaat om Abdel T. (30), die als hoofdverdachte in de zaak wordt gezien, en Bouchra A. (de zus van Jawad A.). Het OM verdenkt hen en de Rotterdammers van het produceren van cocaïne en heroïne in de loods in Hagestein en van voorbereiding van handel en smokkel van harddrugs. Daar waren volgens de politie nog meer verdachten bij betrokken, die nog voortvluchtig zijn. Samen vormden ze volgens het OM een criminele organisatie.

Ook de eigenaren van het terrein, Herman en Corry den H., werden aangehouden. Zij worden vervolgd omdat ze harddrugs en chemicaliën op hun terrein hadden. Volgens het OM wisten ze wat er in hun loods gebeurde en zouden ze daaraan hebben meegewerkt. Zelf houden ze vol dat ze niks wisten van de drugsactiviteiten. Maar hun betrokkenheid bij eerdere drugszaken spreekt niet in hun voordeel. Op hun bezittingen ligt beslag vanwege een miljoenenschuld uit het verleden die ze moeten aflossen, zo meldt RTV Utrecht-verslaggever RIks Ozinga.

De drie verdachten die het drugslab zouden hebben gerund, houden allemaal vol dat zij er niets mee te maken hebben. Jawad A. en Si F., die bij de inval werden aangehouden, zouden enkel zijn ingehuurd om te helpen bij het opruimen van de loods. A. zou daar 3.000 euro voor hebben gekregen, maar F. slechts 250 euro. Ze zouden niets hebben geweten van het drugslab en nooit eerder in Hagestein zijn geweest. A. huurde een week voor de inval van de politie een bus bij een bedrijf in de Spaanse Polder, die naar Hagestein wordt gereden. Het is volgens hem een dienst voor een kennis die door omstandigheden de bus zelf niet kon huren.

Abdel T. was in 2012 betrokken bij een zaak waarbij iemand om het leven is gekomen, vertelt hij tijdens de zitting. Hij zat toen een tijd vast. Hij zou daarna vatbaar zijn geweest voor criminele zaken. Hij raakte verslaafd aan cocaïne en heroïne en plunderde spaarrekeningen van zijn kinderen, vertelt hij. T, en A. worden ook verdacht van witwassen. In de jas van T. werd twaalfduizend euro contant geld gevonden. In hun woning nog eens bijna veertienduizend. Verder waren er contante geldstortingen van 125.000 euro.

De jas van T. werd gevonden In de loods in Hagestein. Behalve het contante geld zaten daar betaalpassen, sleutelbossen en de accu's van zeven mobiele telefoons in. Desondanks hield hij in de rechtszaal vol dat hij niet een van de mannen was die wegvluchtten tijdens de politie-inval. Een huisgenoot in Schiedam, van wie hij de naam niet wil noemen, zou zijn jas op de bewuste dag per ongeluk hebben aangetrokken. Dat moet een loodzware jas zijn geweest, constateert de rechter droogjes. De huisgenoot moet daar iets van gemerkt hebben, aldus de rechter.

Het OM linkt de verdachten uit Rotterdam en Schiedam op veel verschillende manieren aan het drugslaboratorium. T. deed in vier jaar tijd voor twee ton aan contante betalingen en stortingen, terwijl daar geen legale inkomsten tegenover zouden staan. Hij en zijn vrouw Bouchra A. worden dan ook verdacht van witwassen. De twee zijn ondertussen gescheiden.

Het lijkt waarschijnlijk dat de verdachten die nu voor de rechter staan deel uitmaken van een groter netwerk. Dat zou ook verklaren waarom ze geen namen van andere betrokkenen willen noemen. In hoeverre politie en OM daar bewijzen voor hebben, wordt mogelijk morgen duidelijk. Dan zet de officier van justitie in zijn requisitoir alle verdenkingen en bewijzen op een rij en komt hij met strafeisen tegen de verdachten.