Rini van Willigen laat een grote muzikale erfenis na
- Kor Kegel
- 28-10-2020
- Nieuws
SCHIEDAM – Onder een biertje in café Juijn sprak Rini van Willigen vaak over waar hij muzikaal naartoe wilde. Hij wilde meer, hij wilde verder. Terwijl de schakers van Het Zwarte Paard hun wedstrijden kwamen naspelen, had Rini het een stukje verder aan de toog over de nummers die hij aan het schrijven was – of al geschreven had. Hij was productief.
We zagen elkaar meestal laat op de maandagavond. Rini van Willigen woonde in de Gorzen, de wijk waar de blues thuishoort, vonden Aad Juijn en hij. “De mensen hier brengen de blues in praktijk. Ze delen hun problemen, zoals de werkloosheid.”
Drie van de vijf leden van Tip On In woonden in de Gorzen. De andere twee waren drummer Ben Lanser en mondharmonicaspeler Carlo Reys. Het was een band met bovenlokale allure, maar Tip On In was niet te beroerd om het straatfeest op te luisteren van de Sommelsdijksestraat die toen nog met sloop bedreigd werd omdat de gemeente er een groenstrook van wilde maken (plan voorkomen).
Tip On In was niet de eerste rock- en bluesgroep waarin Rini van Willigen zijn zang- en gitaartalenten liet horen. Een rauwe stem als van Kevin Coyne, zijn inspiratiebron, een stem tussen tandartsboor en handzaag zoals muziekkrant Oor schreef. En een gitaarspel dat volgens Aad Juijn tegen het niveau van Jan Akkerman aan zat. Rini van Willigen was binnen en buiten Schiedam een veelgevraagd muzikant en als hij ergens optrad zat de zaak vol.
Zou het met dat muzikale genie zo lopen dat hij op donderdag 22 oktober 2020 met professionele begeleiding bewust een einde aan zijn leven maakte? Dat had niemand voorzien. Rini zat vol plannen. Maar naarmate hij ouder werd, kreeg hij last van demonen die zijn creatieve denken ondermijnden – en erger. Rini van Willigen stierf op 64-jarige leeftijd en de muziekwereld is in shock.
Als tiener luisterde hij naar allerlei soorten muziek. Wagner, jazz, ABBA, Nina Simone. Hij kwam uit een muzikale familie. Zijn vader speelde mondharmonica, mandoline en banjo. Mijn moeder was operettezangeres en de vier kinderen speelden allen muziek. Op de mavo kwam hij in een band met oudere leerlingen; Rini was veertien. Hij haalde slechte rapportcijfers en moest van school af. Omdat hij nog leerplichtig was, gaf zijn moeder hem op als leerling-pijpfitter op de bedrijfsschool van Wilton-Fijenoord. Hij had niets met pijpfitten. Hij wilde muziek maken, liefst fulltime. Liefst werd hij beroepsmuzikant.
Dus ging hij – nog in zijn pubertijd – optreden in cafés en buurthuizen en vooral ook in de Quibus, het jongerencafé dat in 1974 werd geopend aan de Lange Haven 28. Op zaterdag 15 juni van dat jaar ziet Rini in het Rotterdamse Eksit een optreden van Kevin Coyne & his band. Het raakt hem. De maatschappijkritische teksten, met humor gebracht, de raspende stem, het charisma van Kevin Coyne, zijn entertainment – daar ontdekt Rini wat hij meer uit zichzelf kan halen. Hij ziet ineens een route voor zich.
Hij heeft het erover met zijn collega-pijpfitter Han Jansen, die ook in de muziek is. Het leidt tot de oprichting van Arie BV. Ze treden veel en met succes op in de Quibus en Rini improviseert bij het leven, want hij is snel met Engelstalige tekst en componeert ter plekke nieuwe nummers. In 1977 komt hij uit militaire dienst en met zijn plunjezak loopt hij van het station naar de Gorzen. In de Plantage zit zwerver Frans van Pelt op een bankje. Rini slaat aan het denken en nog voor het eind van de Tuinlaan is de basis gelegd voor de song ‘Drunken man’.
Geïnterviewd door Annemarie Sour voor Cultureel Forum Schiedam blikt Rini in 2014 terug: “Ik deed alles uit mijn hoofd, want ik kon en kan geen noten lezen. Mijn oudere broer Fred speelde gitaar in de band Summer Breeze. Met hem ging ik samen naar gitaarles. We hebben één jaar gitaarles gehad. Voor de rest ben ik autodidact.” Hij had een krantenwijk en kocht van de opbrengst langspeelplaten van The Cream en Jimi Hendrix.
Hij zingt mee in Summer Breeze en maakt indruk. Al snel is hij de leadzanger. Maar het wordt tijd voor een nieuwe stap. Na Arie BV en Summer Breeze volgt de bluesformatie Tip On In, die een van de betere bands in het Nederland van die tijd zal worden. Altijd volle bak. Maar de nummers die hij zelf componeert komen niet op het repertoire van Tip On In en dat vindt Rini jammer. Tip On In neemt afscheid van het publiek tijdens een drie-in-één-concert in het Passagetheater op zondag 28 februari 1988. Na de Schiedamse band traden Wally Tax & The Outsiders en Funky Stuff van Candy Dulfer op.
Rini wordt actief in de Anton Geesink Band en vervolgens in de EelcoGelling Experience rond de vroegere sologitarist van Cuby & the Blizzards. Tussendoor springt hij overal bij met jamsessies en geeft hij in zijn eentje een performance. Maar er moest een band komen die van hemzelf was. Dat lukt in 1993. Met gitarist Willem van derWall, bassist Nico de Vos en drummer Ivo Boon richt hij The Urn op. Daar kan hij zijn eigen songs spelen: ,,Liedjes die het werkelijke leven weerspiegelen.” In de sound zijn invloeden te horen van The Cream en Led Zeppelin en ook van de grungeband Soundgarden en industrial rockband Nine Inch Nails.
Rini gaat los, boekt successen in Zwitserland en Oostenrijk en vooral in Duitsland, waar zijn met heavy rock opgepompte blues ‘voll abgefahren’ wordt gevonden. Het Duitse tijdschrift Rolling Stone tipt het debuutalbum als een Europese belofte. Maar The Urn vergeet het thuisfront niet en treedt op zaterdag 17 juni 1995 op tijdens de achtste editie van het Maasboulevardfeest.
In dat jaar maakt The Urn een demo met de titel ‘Can’t go out’ en het blad Music Maker roept het uit tot Demo van de Maand. In 1996 maakt The Urn een platendeal met Silvox Studio in de Achterhoek, die ook de Drentse popgroep Skik onder haar hoede heeft. In 1997 verschijnt het debuutalbum, dat lovende recensies krijgt. Maar de verkoop valt tegen en Ivo Boon houdt het voor gezien. Ron de Bruijn wordt de nieuwe drummer.
The Urn maakt een cover van ‘Sister Morphine’ en het komt op een cd met andere covers van The Rolling Stones, die gratis in de bus belandt bij de Duitse abonnees van Rolling Stone. Het tweede album ‘Smithfield Bargain’ wordt in de Duitse pers goed ontvangen en in 2001 is The Urn te zien in het Duitse WDR-programma Cross Roads naast de Amerikaanse band Canned Heat. In zijn terugblik met Annemarie Sour zegt Rini in 2014: “Het zag er allemaal veelbelovend uit. Voor mij ging een droom in vervulling. Ik kon met optredens mijn brood verdienen. Het magazine Rolling Stone Germany pompte de verwachtingen extra op met ronkende teksten als: It is therefore no suprise that their albumdebut (van The Urn) ranks among the topselling items of that genre in their home territory. And their next step is target Europe.’
Na een kwart eeuw knokken en investeren lijkt The Urn door te breken – maar in 2002 ‘breekt’ er iets. The Urn is voor Rini een levensvervulling, maar hij raakt zwaar teleurgesteld als de andere bandleden er hun baan niet voor willen opgeven en het alleen als leuke hobby beschouwen. “Dat kwam keihard binnen. Je gaat naar de klote als je je ziel en zaligheid ergens in legt. We waren zo dicht bij de realisatie van mijn droom. Met het zicht op het echte serieuze werk struikelde ik voor de finish.”
Ronald van Oudheusden, programmamaker van RTV Rijnmond, sprak Rini’s broer Nico van Willigen. “Hij voelde zich in de steek gelaten. Rini wilde heel graag verder, het was zijn leven, de muziek, het optreden. Hij had er moeite mee dat het die kant niet kon opgaan.”
De onvrede vrat aan hem, hij raakte depressief. In 2002 trekt Rini zich terug uit de muziekscene. Hij verwerkt zijn teleurstelling door thuis te gaan schilderen, maar hij blijft wel muziek maken. In zijn eentje neemt hij vijftig cd’s met zelf geschreven liedjes op. Hij schildert tientallen doeken. Hij verhuist, wat geen goede zet blijkt te zijn – en zij vriendin vertrekt. Rini had nergens zin meer in. In een uitzending van ‘Live uit Lloyd’ op Radio Rijnmond in 2012 sprak hij er openlijk over met Ronald van Oudheusden.
Net als zijn inspiratiebron Kevin Coyne krijgt hij een inzinking, maar hij blijft liedjes schrijven. Honderden. Componeren en schilderen vormen het medicijn tegen de dagelijkse kwelling van depressie. Hij werkt aan een grote muzikale erfenis. Maar de demonen in zijn zielenleven vermenigvuldigen zich, het leven wordt een kwelling. En zo komt hij tot zijn besluit. "Voor Rini was het een feestje dat hij eindelijk mocht gaan", zegt Nico van Willigen tegen Ronald van Oudheusden.
Vanavond is er gelegenheid tot condoleren in het CVU-uitvaartcentrum Groenoord aan de Van Beethovenlaan 180, van zeven tot negen uur.
Op de foto hieronder is The Urn te zien, in 1995, met Rini van Willigen tweede van links.