Oud-raadslid veroordeeld voor beroven Elvis-fanclub

SCHIEDAM/ROTTERDAM – Het voormalige Schiedamse gemeenteraadslid René J. heeft als penningmeester waarschijnlijk nog veel meer organisaties en mensen belazerd. Dat bleek vandaag bij de rechtszaak tegen de oud-politicus voor het leegroven van de rekening van de officiële Nederlandse fanclub van Elvis Presley: It’s Elvis Time.

Na herhaaldelijk uitstel van het strafproces moest René J. (53) er vandaag daadwerkelijk aan geloven bij de politierechter. Die boog zich over de diefstal van 3750 euro van de bankrekening van de Elvis-fanclub uit Schiedam. Contributiegeld van leden waarmee elk kwartaal het magazine van It’s Elvis Time wordt uitgebracht en de landelijke fanclubdag wordt gehouden.

Half juni 2021 ontdekte voorzitter Eric van Rooij dat de rekening van de stichting nagenoeg leeg was. De bank had hem gealarmeerd over 31 verdachte transacties naar de privérekening van J.. Die had na zijn aantreden als penningmeester als enige toegang tot het geld, omdat alleen hij in bezit was van een apparaatje met toegangscodes.

Nadat Van Rooij van de bank een tweede apparaatje kreeg, ontdekte hij waarom J. verzoeken daartoe eerder had afgehouden. Die had in 2020 elf keer een bedrag naar zichzelf overgemaakt en twintig keer in 2021.

“Toen we hem ermee confronteerden hebben we een betalingsregeling met hem afgesproken”, vertelde Van Rooij vandaag in de rechtbank. “Hij zou maandelijks 250 euro terugbetalen. Dat heeft hij tot een zeker moment gedaan. Er stond nog 2450 euro open, maar sindsdien hebben we geen enkel contact meer met hem kunnen krijgen.”

J. bleek te zijn verhuisd naar Slowakije. Reden waarom de eerdere rechtszaak werd uitgesteld, maar net als toen bleek de oud-politicus en accountant vandaag niet op te komen dagen. Tot teleurstelling van zowel de gedupeerden als het Openbaar Ministerie.

“Bijzonder jammer dat hij er niet is om toe te lichten hoe het heeft kunnen gebeuren en spijt te tonen. Uit zijn daden blijkt daar niets van en ook nu houdt hij zich weer schuil. Dat is onbevredigend voor de slachtoffers”, zei de officier van justitie.

Dat juist een ooit gerespecteerd politicus hiertoe in staat bleek, noemde de aanklager ‘des te onbegrijpelijker’. “Hij stond als raadslid voor de belangen van andere mensen. Daar blijkt hier niks van.” Ze eiste een taakstraf van tachtig uur en een maand voorwaardelijke celstraf.

Hoewel zelf niet aanwezig, las de rechter wel een deel van de verklaring voor die J. in augustus aflegde tegenover de politie. “Ik heb het geld gezien als lening en had het altijd willen terugbetalen. Ik had persoonlijke problemen. In mijn relatie en financieel. Ik nam geen contact op uit schaamte. Ik schaamde mezelf, wist wat ze zouden vragen en ben daarom in een hoek gedoken.”

J. beweerde in dat gesprek zichzelf veel kwalijk te nemen. “Ik ben een stuk zelfrespect verloren. Het bevalt me niet wat ik zie als in de spiegel kijk. Ik heb er enorm veel spijt van.”

De rechter vond echter dat J. ‘geen verantwoordelijkheid’ nam door weer niet op te komen dagen bij de strafzaak. “Hij heeft ernstig misbruik gemaakt van het in hem gestelde vertrouwen en de fanclub in ernstige problemen gebracht.”

Bij het bepalen van de straf gebruikte de rechter een liedje van Elvis. “Don’t be cruel is een van de mooiste liedjes van Elvis. Dat zal ik in acht nemen, maar hij moet wel een straf ondergaan die hij voelt.”

Daarop nam de rechter de eis over en bepaalde dat J. het resterende geldbedrag moet terugbetalen aan de fanclub.

Na afloop was de voorzitter tevreden. “Het ging ons niet om de straf, maar die is best fors.”

Van Rooij vertelde verder dat er nog meer gedupeerde partijen zijn. Zo meldde zich na berichtgeving ook de stichting Vrij-Werk bij hem. Oprichtster Alwine van Winsen bevestigt dat J. als penningmeester 4000 euro ontvreemdde, maar dat geld inmiddels wel heeft terugbetaald. Desondanks heeft ze onlangs melding gemaakt bij de politie en stukken overlegd. Daaruit blijkt dat twee organisaties waar J. de boekhouding voor deed, ook zijn bestolen. Ook zijn huisbaas en een persoon voor wie hij bewindvoering deed, zouden zijn gedupeerd.

Van Winsen voelt zich, net als Van Rooij, ernstig belazerd. Bovendien ondervindt ze nog steeds hinder van zijn ‘wanbestuur’, onder meer doordat boetes en rekeningen niet zijn betaald. “J. kwam altijd heel betrouwbaar over. Alle seinen stonden op veilig door zijn functies. Ik had dit nooit gedacht. We weten niet of er nog meer lijken uit de kast komen.”