Categorieën

Service

DSW: zorgpremie onderhevig aan flinke kostenstijgingen

DSW: zorgpremie onderhevig aan flinke kostenstijgingen
Gezond

DSW: zorgpremie onderhevig aan flinke kostenstijgingen

  • Redactie
  • 26-09-2022
  • Gezond
DSW: zorgpremie onderhevig aan flinke kostenstijgingen

Aad de Groot; foto: DSW


SCHIEDAM - DSW zal morgen traditiegetrouw als eerste van de Nederlandse ziektekostenverzekeraars de nominale premie die het gaat rekenen in 2023 bekendmaken. Directeur Aad de Groot liet eerder deze zomer weten te rekenen op een stijging van de ziektekostenpremie met minimaal vijftien euro per maand. 

Het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) liet op Prinsjesdag weten dat het verwacht dat de gemiddelde nominale premie met € 11,25 per maand (€ 135 per jaar) stijgt. 

De Groot ziet een aantal factoren die de kostenstijging in de zorg bepalen. Soms is er sprake van factoren die tegengesteld werken. “Zoals de Coronapandemie. Die vroeg enerzijds veel extra zorg en dus kosten. Maar tegelijkertijd is veel andere zorg niet geleverd.” Omdat operaties werden uitgesteld en ook omdat mensen minder een beroep deden op de gezondheidszorg. “Die twee ontwikkelingen vielen ongeveer tegen elkaar weg.”

Een andere factor is het tekort aan zorgpersoneel. Dat heeft enerzijds een prijsopdrijvend effect. Maar tegelijkertijd betekenen veel vacatures in bijvoorbeeld ziekenhuizen gewoon dat veel salarissen ook niet betaald hoeven worden. Het werk is met minder mensen gedaan, zodat de gemiddelde kosten per behandeling dalen. “De mensen in de zorg zijn gewoon harder gaan werken”, aldus De Groot.

Toch stelde de DSW-directeur eerder te rekenen op flink stijgende kosten van de gezondheidszorg. “Ik verwacht dat we een vijf procent kostenstijging meenemen in onze premie.” Want bedenk dat bijvoorbeeld de ziekenhuizen ook flink meer betalen voor hun energie. De cao voor ziekenhuispersoneel loopt nog tot en met januari volgend jaar. Toch komt DSW er niet onderuit nu alvast hogere lonen na het verstrijken van die afspraken in te plannen. De inflatie in Nederland en elders is immers enorm, verpleegkundigen en andere medewerkers zullen hun stijgende kosten voor levensonderhoud gecompenseerd willen zien door een hoger loon. “Bedenk daarbij dat zestig tot zeventig procent van de kosten in de gezondheidszorg personeelskosten zijn…” 

Waar het ook wringt is in het Zorgverzekeringsfonds. Dat fonds is ingesteld om de verschillen in het verzekerdenbestand van de verschillende zorgverzekeraars - waar het gaat om leeftijd, gezondheid en inkomen - te vereffenen. De bijdragen uit het Zorgverzekeringsfonds aan de verzekeraars zijn achtergebleven, aldus De Groot. “Daar is een tekort ontstaan, dat moet ingehaald worden.” Zo kan dus ook een volstrekt autonome factor zorgen voor hogere nominale premies.

Verder ontvingen veel zelfstandig ondernemers uitstel van betaling van hun nominale premie, aldus De Groot. “Dat telt op tot een behoorlijk bedrag, en ook dat geld is nog niet bij ons binnen.”

Het geheel zal zorgen voor een oplopende premie, zoals DSW die morgen bekendmaakt. In de afgelopen weken is er hard gewerkt op de DSW-kantoren op de ’s-Gravelandseweg om alles bij elkaar te ‘plussen en minnen’ en zijn ook de gesprekken met de medische instellingen over de vergoedingen voor komend jaar geopend. “Dat gaat om honderd ziekenhuizen, om duizenden fysiotherapeuten, ggz-instellingen en ook vrij-gevestigde psychiaters. We hebben hier ongeveer vijftig mannen en vrouwen werken die dat werk doen.”

Hoe al dat werk zich zal vertalen naar een eenduidig premiebedrag is ook voor De Groot lang een proces waarvan de uitkomst onzeker is. In de afgelopen maanden kan er nog veel veranderd zijn. Afgelopen zomer rekende de DSW-directeur dus op misschien wel vijftien euro hogere maandpremies - en eerlijk gezegd zijn de signalen sindsdien allerminst zo geweest dat de kosten in de hand worden gehouden. Zoals dat vorig jaar wel gebeurde. Toen schatte de regering dat de kosten in de gezondheidszorg met tien procent zouden oplopen. DSW verhoogde toen de nominale premie uiteindelijk met 3,25 procent.